Afbeelding

Eilanders 111

Column Eilanders onder elkaar

Over een sinterklaascadeau dat anderhalf jaar te laat kwam. Over een zeldzame vergissing van Maarten van Rossem aangaande de betekenis van een tijdperk. En hoe waren de tienerjaren van Elisabeth?

Elisabeth,

Laatst kwamen Carolina en Simone aanzetten met een cadeautje. Ik was al een paar weken niet meer jarig en Vaderdag moest nog komen, dus werd ik er nogal door verrast. Maar soms - steeds meer, eigenlijk - komt het voor dat een cadeau online wordt besteld en dan wil het nog wel eens gebeuren dat het er niet op tijd is. Alleen, nu lag het anders.

Vrouw en Dochter hadden vanuit het gevoel dat er maar weer eens wat moest gebeuren, het plan opgevat een kast uit te ruimen. Daar zat nogal wat kinderspeelgoed in en als je jongste de 23 gaat aantikken, raakt de noodzaak tot bewaren van al die spulletjes wat naar de achtergrond. Het gevoel dat je de jeugd van je kinderen staat weg te gooien won het er niet van, in elk geval. Er kwamen allerlei voorwerpen tevoorschijn waarvan niemand meer wist dat we ze hadden. Zo ook het cadeau. Ik pakte het uit. Het was de scheurkalender ‘Maarten!’ van historicus en Texelganger Maarten van Rossem, met wie ik mij altijd zeer vermaak als hij op de televisie verschijnt.

De scheurkalender is van 2021. Ik had hem dus op 5 december 2020 van Sinterklaas moeten krijgen, maar na bezorging door de goedheiligman was het geschenk op mysterieuze wijze in het ongerede geraakt. De dames stonden op de bewuste avond voor een raadsel, maar zeiden niets en ik wist van het bestaan van het artikel niet af. Dus prees ik mij gelukkig met de onderbroeken en sokken, die ik volgens traditie had gekregen, en zonk langzaam weg in een smakelijke, lichtelijk verdovende, op jouw eiland gebrouwen tripel.

Dit voorval tekent de chaos die zich bij drukke mensen nu en dan voordoet. Maar ik blader nu lustig door de scheurkalender, waarvan ik het zonde vind er blaadjes af te trekken. Ook nu word ik getroffen door Maartens geestige en rake observaties en deel ik graag in de brede kennis, die hij royaal uitvent. Hij heeft vaak gelijk, zegt hij, omdat heel veel andere mensen vaak ongelijk hebben. Ik wil daarin een heel eind meegaan.

Edoch, op 5 januari 2021 had hij het mis. Hij stelde op die dag dat de jaren zeventig geen betekenis hebben gehad, zoals de jaren vijftig en zestig. In tegenstelling tot de fifties en de sixties zouden er geen seventies zijn geweest, beweerde hij. Nou, echt wel! Wij woonden op het platteland en er waren nog geen sociale media. Het duurde dus nog even voordat de geest van de sixties vanuit de stedelijke gebieden over onze weilanden ging waaien. De seventies waren onze sixties. Liefde, vrede, vrijheid. Hoe waren jouw tienerjaren in de zero’s?

Groeten, Henk

Henk, 

Fijn is dat, zo’n cadeau dat te laat komt. Ik vond het, toen ik klein was, altijd leuk kleingeld te verstoppen, zodat het later een cadeautje was als je dat muntje vond. Maar dat was bij dit cadeau duidelijk niet de bedoeling. De waarde van een kalender daalt toch wel als de data zijn verschreden. Maar gelukkig haal je er nog andere wijsheden uit dan welke dag het is. 

Vorig jaar waren we voor sinterklaas een beetje uit onze slof geschoten. Het jaar daarvoor had Lucas in verhouding tot mijn nichtjes weinig cadeautjes gekregen. Dus ik was best wel losgegaan met cadeaus voor hem kopen. Uiteindelijk heb ik nog wat voor zijn verjaardag bewaard en staat er nog een cadeau verdwaald in een kast, wachtend op een goed moment om het aan hem te geven. Het is wel handig, iets achter de hand te hebben. Maar als ik het vervolgens vergeet totdat Lucas 14 is, dan is het wel zonde. Dan hoef ik niet meer met een Finding Dory-serviessetje aan te komen, denk ik.

Tijdens mijn tienerjaren in de zero’s zat ik op de middelbare school. Ik kan je er weinig spannends over vertellen. Ik kwam eigenlijk bijna nergens, behalve op school en op het conservatorium in Amsterdam. Vrije tijd had ik weinig; ik spendeerde de meeste tijd achter de piano. Mijn laatste tienerjaren in de tens daarentegen waren een stuk bewogener. Op mijn zeventiende ging ik op kamers in Amsterdam. En daar bevond ik me ineens in de wondere wereld van de popmuzikanten: drank, drugs, goede muziek en gekke mensen. Niet per se in die volgorde.

Ik wist me daar als braaf meisje in eerste instantie geen houding te geven en trok veel op met mijn vriendinnen van de klassieke afdeling. Maar na een tijdje was het leuk, dat ik een brug sloeg tussen de popmuzikanten en de klassieke afdeling. Het gebeurde weinig dat popmusici bevriend waren met studenten in de klassieke muziek. Doordat ik op beide tegelijkertijd was begonnen, had ik vrienden op beide afdelingen. En het was altijd leuk als dat met elkaar mengde. Zo ging een vriendin die blokfluit studeerde ineens op drumles bij een klasgenoot van mij. Ik vind het nog altijd fascinerend, mensen die op verschillende manieren zijn opgeleid, met elkaar om te zien gaan. We hingen in de periode veel rond op het cons, zoals we dat noemden. Vaak zaten we daar tot elf uur ‘s avonds, meestal niet om te studeren maar gewoon om wat rond te hangen en te kletsen. Of ik er wijzer op geworden ben? Geen idee. Maar het was wel een inspirerende tijd.

Groeten, Elisabeth