Af en toe komt een wrak bloot te liggen
Af en toe komt een wrak bloot te liggen Foto: René Zanderink

Scheepswrakken en vondsten


Het Marsdiep was eeuwenlang de verbinding tussen Noordzee en Waddenzee en Zuiderzee. De bodem is er bezaaid met scheepswrakken. Op kerstavond 1593 alleen al vergingen op de Rede van Texel 44 koopvaarders tijdens een hevige storm; duizend mensen verdronken. Uit de periode van 1500 tot nu liggen er honderden wrakken op de zeebodem. Soms volledig intact, soms volledig vergaan, waardoor bij een nieuwe storm soms wrakhout het strand opspoelt. Vaak waren het schepen met graan of een ander bulkproduct aan boord, maar soms vervoerden ze bijzondere schatten.

Op 11 november 2021 werd op het strand bij paal 26 een 17e- of 18e-eeuws scheepswrak ontdekt. Het wrakdeel bleek, na verder uitgraven, 6 meter lang en 3 meter breed te zijn. Het werd naar Museum Kaap Skil gebracht voor verder onderzoek. Even verderop zijn ook nog regelmatig wrakdelen te zien, die kwamen in 2020 weer boven water. Blijkbaar verplaatst de kustlijn zich nabij de Slufter. Bij een westerstorm is het zelfs mogelijk dat er wrakhout loskomt en op het strand aanspoelt, zodat de hele kustlijn zwartbruin ziet. Dat een hele lading loskomt en aanspoelt gebeurt zelden. Op de bodem kun je zien waar Nederland zijn spullen vandaan haalde. Het is een afspiegeling van onze koloniale geschiedenis: van Afrikaanse koffiebonen, mediterrane olijven- en druivenpitten, pitten van Malaga-rozijnen en kaurischelpen van de Malediven tot Baltische graankorrels. Een scheepsramp was een heftige gebeurtenis, waarbij de schepen volledig uit elkaar geslagen konden worden of naar de Friese kust werden geblazen. Na een storm werden bovendien de resten zoveel mogelijk geborgen. 

Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed

Het wrak van de in 1943 bij de Eierlandse Gronden gestrande Deense, door de Duitsers ingenomen tanker Weissenburg (wrak 48) komt nu en dan boven water. Ook in de ondergrond van de Mokbaai, een ooit verzande haven, kunnen veel boten liggen. Voor archeologen van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed vormen de Texelse wateren dus een behoorlijke ‘inkomstenbron’, voer voor nader onderzoek. Er liggen niet alleen Nederlandse schepen, maar ook Duitse, Franse, Deense, Engelse en Spaanse wrakken en hun ladingen. Bekende vindplaatsen zijn bij de Rede van Texel vooral richting de zandplaat Burgzand het Piskruikenwrak, Gele Stenenwrak, Groot Leeg, Watervatenwrak, Pools kanonnenwrak en het Potterwrak.

Waarde 

Dat de lading van de wrakken van ongekende waarde is bleek onder andere uit de vondst van een zijden jurk, geborduurd met zilverdraad uit een 17e-eeuws scheepswrak in de Waddenzee nabij Texel, die enige tijd tentoongesteld werd in Museum Kaap Skil. De jurk, die 300 jaar op de bodem van de zee heeft gelegen, illustreert dat een wrak een tijdscapsule is. Zo kan een scheepswrak ontzettend veel informatie bevatten over onze geschiedenis. Een vindplaats kan door geleidelijke natuurlijke erosie maar ook in zeer korte tijd verloren gaan, onder meer door toedoen van de paalworm. 

Zorgen

De provincies Noord-Holland, Zuid-Holland, Zeeland, Fryslân en Groningen maken zich zorgen over de honderden historische scheepswrakken die langs de Nederlandse kust op de bodem van de Noordzee- en Waddenzee liggen. De unieke onderwatervindplaatsen worden bedreigd door natuurlijke erosie. Hierdoor dreigt veel erfgoed voorgoed te verdwijnen. De provincies hebben het Rijk ertoe opgeroepen zich in te zetten voor een beter beheer van het maritiem erfgoed. Sportduikers, verenigd in de Stichting Noordzeewrakken, hebben veel waardevolle lokale kennis die goed benut kan worden. Om hun inzet mogelijk te maken is het nodig dat het Rijk hiervoor mogelijkheden schept in de Erfgoedwet en de Arboregels.

Berging

Kan een scheepslading worden geborgen of zou het weer aanspoelen, dan dient de eigenaar te worden bepaald. De Nederlandse overheid wil graag zeker stellen dat op archeologisch verantwoorde wijze wordt omgegaan met de vindplaats van een wrak, dat een wrak eventueel wordt geborgen en dat vondsten in bruikleen worden gegeven aan musea. Lukt het niet de eigenaar, al dan niet voormalig, te achterhalen, dan wordt een wrak meestal met rust gelaten. Alle gezonken VOC-schepen zijn eigendom van de staat. Van privéschepen kan in overleg de lading worden geborgen. Van buitenlandse schepen is niet bekend dat ze worden geborgen. Maar als ze niet te diep liggen vormen alle wrakken voor sportduikers een ideaal uitje. Kijken mag, met de benodigde vergunning, vrijwel altijd.

Een schip dat zinkt, blijft eigendom van het land van herkomst. Door de jaren heen zijn er zo'n 400 Nederlandse schepen gezonken op de wereldzeeën en daarmee ongetwijfeld ook behoorlijk wat 'schatten'. Ook deze blijven eigendom van de Nederlandse staat.

Wie geen duiker is, kan via de Waddenkiosk wrakkenkaarten bestellen. Ze zijn er van alle Waddeneilanden.

René Zanderink, bioloog-journalist                                en organisator van culinaire trips

De jurk uit de zeventiende eeuw